Ik vroeg me al langer af of de gemiddelde redacteur van wat voor medium dan ook moreel besef heeft groter dan een pinda. Vanochtend werd die vraag nog eens urgenter doordat wij paginagroot op de voorkant van de VK werden vergast op de aanblik van ABB met daaronder de kop waarin Zijn Naam wederom volledig onder onze aandacht werd gebracht. Bij bijna elk artikel over deze zaak wordt een grote foto van de man geplaatst, meestal die met de tevreden grijns of in gevechtstenue. Willen jullie met alle macht een held van die man maken? En waarom dan wel? Natuurlijk moet nieuws gebracht worden en meningsvorming plaatsvinden. Maar denk eens na over de presentatie.
Victor Onrust
Braakneigingen
Je hebt iets verkeerds gegeten. Het smaakte heerlijk maar na een tijdje blijkt het toch “verkeerd gevallen”. Je spijsverteringsstelsel kan het niet aan. Je weet dat je het beste maar je vinger in je keel kunt steken. Dan is het over en gedaan. Maar nee, je verzet je. Je wilt het onderdrukken. Soms, als je je wat kunt ontspannen, wat zout water drinkt, een pilletje slikt of iets anders probeert lukt dat. Het ontkennen en daarom weerstand bieden in ieder geval niet. Dat maakt het alleen maar erger.Daar moest ik aan denken toen ik Jan Mulder gisteren (27/10/2010) bezig hoorde in DWDD. Een krampachtig geschreeuw, van iedere argumentatie gespeend. Dat Rutte een onderscheid durfde te maken tussen een Zweeds en een Turks paspoort was SCHANDALIG, dat begreep toch IEDEREEN.
Het maatschappelijk lichaam (laten we hier even aan West-Europa denken) heeft bepaalde groepen migranten toegelaten. Het blijkt na een tijdje dat die zwaar op de maag liggen. Hoe langer je dat ontkent hoe groter de zekerheid dat die middels een flinke oprisping worden uitgekotst. Of is het al te laat en ben je vergiftigd? Nou ja, misschien is er nog een paardenmiddel waarmee de oprisping voorkomen kan worden en het kostje verteerd. Daarvoor is een stevige portie extra sterke maagsappen noodzakelijk.
Weer bovenaan geplaatst: oorspronkelijk 28/10/2010
Are you a TWIT? And am I one?

Twit of the Year (Monthy Python)
“To tweet or not to tweet” dat is de vraag. Sinds een paar maanden zit ik op Twitter. Enige weerzin overwinnend poog ik daar te verkeren. Tijd voor een eerste beschouwing. Als je een paar intelligente mensen volgt die met je het nieuws delen is het een mooi medium. Je hoeft niet meer alles zelf te lezen maar kunt een beetje afgaan op wat je favoriete twitteraars daarover naar voren brengen. En het is ook handig om blogs te volgen. Dit naast de RSS-reader, want een tweet is voorbij voor je het weet. Zelf kun je ook proberen een duit in het zakje te doen, maar zolang je geen volgers hebt legt dat weinig gewicht in de schaal, en om die volgers te krijgen moet je eerst gelezen worden. Enfin, het bekende probleem van de kip en het ei. Enig geduld is noodzakelijk.
Deze invalshoek is niet erg gebruikelijk. De meeste twitteraars, althans in het westen, zien het als een sociaal medium waarin ze vooral hun vrienden willen laten weten wat ze aan het doen zijn en door het volgen van beroemde mensen er een soort directe vorm van een roddelblad bij te hebben. Als je kijkt in het lijstje “trending topics” wordt je meestal niet vrolijk. Alleen de meest spectaculaire gebeurtenissen dringen er door en dan nog is het commentaar vaak van een bedroevend en weinig informatief niveau. Wat dat betreft is de term “Twit” van toepassing:
twit: an insignificant or bothersome person. Origin: 1920–25; perhaps orig. noun derivative of twit 1 , i.e., “one who twits others,” but altered in sense by association with expressive words with tw- ( twaddle, twat, twerp, etc.) and by rhyme with nitwit.
en bijvoorbeeld: A form of chatline for social media “experts” to add thousands of random strangers and wank off to impress other social media “experts” by posting links to articles about the phenomenon of social media
Dave went on Twitter hoping to find interesting people and read amusing things but instead was deluged by nine thousand social media “experts” who bored the living shit out of him until his iPhone exploded/his brain imploded.
Het grootste probleem leveren de twitteraars op die de grens tussen het persoonlijke en het publieke niet in de gaten houden. Zij hebben soms best zinnige dingen te melden, maar melden ook huishoudelijke zaken en hobby’s. De goeden, zoals @NausicaMarbe en @CarelBrendel vergeef je dat graag zolang het niet gaat overheersen. Anderen zeggen zelfs “trusten” als ze gaan slapen, die heb ik toch maar uit mijn lijstje gegooid. Het beste zou zijn als Twitter de mogelijkheid biedt om tweets aan te bieden voor privé en publiek gebruik en volgers de mogelijkheid te geven te kiezen welke ze volgen. Anders zou je twee accounts moeten hebben en dat wordt erg lastig.
Waarom ABB geen psychopaat hoeft te zijn.
In Elsevier van deze week schrijft Leon de Winter in “Schofterig antwoord”:
Wie in staat is onaangedaan het lijden van zovelen te veroorzaken, wie in staat is zijn medemens van zijn menselijkheid te ontdoen en hem te reduceren tot een object dat kan worden vernietigd heeft geen empathie en geen geweten, en is dus een monster en een psychopaat.”
Als we deze redenering volgen zijn er misschien wel meer psychopaten dan “gewone mensen”. De eerste fout is dat er wordt veronderstelt dat dergelijke daders “onaangedaan” zijn. Dat kan maar dat hoeft niet. ABB verklaarde zelf dat hij zijn daden “verschrikkelijk maar noodzakelijk” vond. Dat hoeven we natuurlijk niet te geloven maar het is iets anders dan veel andere dergelijke daders vinden. Zelfs als we aannemen dat ABB hierover liegt in de zin dat hij die verschrikking niet voelt, maar alleen maar zegt dat hij het verschrikkelijk vindt. Lees verder →
De seculiere openbare ruimte
De openbare ruimte is nooit neutraal. De dominante cultuur beheerst zowel de fysieke en institutionele openbare ruimte als de virtuele ruimte van de publieke communicatie. Voor zover er plaats is voor andersdenkenden is dit het resultaat van compromissen en het toelaten van vrijplaatsen. De illusie van de neutraliteit is zo wijdverbreid doordat de heersende ideologie levensovertuiging ziet als een jas die je privé aan kunt trekken en op het moment dat je de openbaarheid betreedt uit kunt of moet doen. De meeste wereldbeschouwingen verlangen meer van hun gelovigen. Die gelovigen ontlenen daar ook hun identiteit aan. Die jas kun je niet even thuis laten. Lees verder →
De staat van verwarring
Mijn mening doet er niet toe. Evenmin die van u, van Houellebecq of van Máxima. Er is slechts de waan van de dag. Een toevalligheid, geproduceerd door de media die morgen verdwenen is. En over een jaar weer terugkeert. Mijn omgevallen knipselkast produceert briljante beschouwingen. Ondertussen draait de wereld door, en steeds minder lijkt hij door meningen te veranderen. Hij verandert vanzelf. Of niet. Vroeger was er nog wel eens een auteur of acteur, al of niet collectief, aan wie men een bepaalde verandering kon toeschrijven. Soms maar gedeeltelijk. Dat is nu voorbij. Het selectieproces uit de gigantische woordenbrij wordt steeds anoniemer. Lees verder →
Chinees bewijs
De reis door Italië heeft 800 foto’s opgeleverd. Vrees dat er wel 500 goede van overblijven. Maar daar wilde ik het niet over hebben. Bij het fotograferen op toeristische hotspots, of zelfs slechts het bekijken er van, kan men er niet van uitgaan dat men alleen op de wereld is. Ook in het voorseizoen zal je een flinke menigte mensen voor lief moeten nemen. Wat daarbij wel begint op te vallen is het fotografeergedrag van sommige toeristen. Het nemen van kiekjes van elkaar was voor velen altijd al een hobby, maar met de komst van de makkelijk wegknippende digitale camera wordt er een stuk meer gefotografeerd en is de kans dat je moet wachten om niet door een foto heen te lopen of totdat het beeld niet te zeer door poserende mensen wordt beheerst een stuk groter geworden. Zoals met veel van dat soort dingen gaat dat goed totdat de massa zo groot wordt dat het echt begint te irriteren.
Tijdens mijn bezoek aan Florence kreeg ik het gevoel dat vooral Chinezen, of misschien algemener: mensen uit het VO daar een handje van hebben. Het lijkt belangrijker dat ze bewijzen dat ze er echt geweest zijn dan wat er te zien is, maar misschien heb ik dat ook wel eens ergens gelezen. Ook irritant is de door honderden gemaakte grapfoto waarbij je vriend of vriendin de toren van Pisa overeind houdt.
Handelarij
Op mijn rondreis door Italië veel moois gezien. Helaas werd ik ook weer met mijn neus op een zeer onaangenaam verschijnsel gedrukt dat ik maar even handelarij heb gedoopt. Het is bedelarij onder het mom van handel. Het is een wijdverbreide zaak die in veel gedaanten voorkomt. In Nederlandse steden is er een legale, georganiseerde variant ontwikkeld: het verkopen van daklozenkranten. Die daarom niet minder irritant is. Ik geef de voorkeur aan de bedelmonnik, die in gedachten verzonken voor zijn nap of hoed zit en niet op of omkijkt. Natuurlijk moeten er daar ook niet te veel van komen.
De grens tussen serieuze handel en handelarij is niet altijd even makkelijk te trekken. Wat moet ik denken van de souvenir-kooplui die kennelijk met toestemming van de gemeente het SanMarco plein vervuilen met hun kraampjes vol prullaria. Ook straatmuzikanten zijn er in bedelaars- en serieuze varianten. In mijn studententijd kende ik een paar mensen die wel eens gingen “keramieken”. Ze gingen dan in de provincie langs de deuren met keramiek-hangertjes en andere gebakken flauwe kul die ze voor veel te veel geld verkochten. Rozenverkopers en fotografen die cafés afstruinen vallen er ook onder. Hoewel niet strikt handel worden wij tegenwoordig ook regelmatig opgeschrikt door figuren die in het OV proberen geld op te halen voor een zogenaamd goed doel.
Maar het meest irritant zijn toch wel de horden afrikanen die hun “handel” menen te moeten aanbieden bij toeristische hotspots. Het is verbazingwekkend dat terwijl deze zaken vaak op de werelderfgoedlijst staan of in ieder geval een monumentale status hebben, zij niet door behoorlijk optreden van de autoriteiten tegen deze vervuiling beschermd worden.
“Update” augustus 2015: (uit de comments)
100-woorden:
De “bedelaars” zelf valt weinig te verwijten, die proberen slechts te overleven, maar er zitten tegenwoordig meer dan eens organisaties achter die deze mensen misbruiken voor hun eigen gewin. Het probleem is dat je als “potentiële klant” moeilijk het onderscheid kunt maken tussen mensen die uit eigen beweging iets ondernemen om te overleven, of mensen die daartoe min of meer gedwongen worden door een criminele organisatie
VO:
Zeker bij handel in prullaria, maar ook bij rozenverkopers in de horeca zit er in 99% van de gevallen een organisatie achter. Hoe crimineel die is weet ik niet, maar ze zullen vaak een disproportioneel deel van de opbrengst in hun zak steken. Verder lijkt me dat je de handelaars wel iets kunt verwijten namelijk dat ze hierheen gekomen zijn voor een betere toekomst in plaats van zich in hun land van herkomst te organiseren en daar iets te bereiken. Dat zal meestal niet zonder dat het mensenlevens kost gaan (zie de “arabische lente”) maar dat is geen excuus voor hun wat makkelijke keuze.
Los daarvan vind ik dat bedelarij en in ieder geval handelarij actief bestreden moet worden, zeker op plaatsen van historische culturele waarde.
Jesus & Mo: dit is weer eens een heel aardige
Goebbeliaanse Propaganda

Het is met weinig vreugde dat ik iets over het probleem “Israël vs Palestijnen” zeg. En dan vooral over de beeldvorming. Ik verzoek allen die dit lezen eerst even hun sentimentele modus uit te zetten. Aan het eind kan ie weer aan. Hopelijk heb je er dan geen behoefte meer aan.
Ik probeer eerst een aantal uitgangspunten:
(1) Er zijn maar weinig staten die niet gegrondvest zijn op daden van geweld tegen bepaalde groepen, stammen of volken op enig moment in hun geschiedenis. De vraag is niet of je dergelijke daden als legitieme redenen voor verzet tegen de bestaande situatie kunt aanvaarden, maar hoe lang dat mag. In het huidige tijdsgewricht van algemene historische versnelling zal die termijn korter zijn dan vroeger. Die termijn is niet in een algemene formule te bepalen. We zouden normen moeten ontwikkelen waarmee dat bepaald kan worden. Maar het niet kunnen erkennen van de status-quo van een bepaalde historische overwinning leidt tot een oneindige keten van wraak en geweld.
(2) Het gaat niet aan daden uit het verleden met de normen van heden te (ver)oordelen.
(3) (1) en (2) betekent niet dat deze daden daarmee achteraf goedgekeurd worden of vergeten moeten worden. Ze mogen alleen niet meer als argument gebruikt worden voor (politiek) handelen of in het verlengde daarvan het hanteren van geweld. Het is als met schaken. De sterkere speler heeft de mindere al tien keer verslagen. Maar die wil zijn verlies niet erkennen en wil telkens nog een potje spelen om nu eindelijk eens te winnen.
(4) Het heeft pas zin te denken aan het beëindigen van fysieke strijd als beide partijen bereid zijn volmondig te erkennen dat strijd niet het middel is om geschillen te beslechten. Zolang een van de partijen zegt de vernietiging van de ander na te streven is het zinloos daaraan te willen denken.
(5) Terreur (het kiezen van (groepen) burgers als schild of als object van aanval) is onder alle omstandigheden immoreel. Het vallen van burgerslachtoffers dient te worden toegerekend aan hen die de burgers als doel kiezen of zich tussen hen verschuilen. Het verzwakt de morele positie als er excuses door de terreur bestrijdende partij worden aangeboden aan de slachtoffers die als schild hebben gediend. Groepen die deze methoden gebruiken kunnen zonder meer worden uitgesloten van welke soort van diplomatie dan ook en mogen zonder terughoudendheid bestreden worden. Dat wil niet zeggen dat er niet ook met deze groepen gepraat kan worden om ze er toe te bewegen hun terreur te staken. Natuurlijk verdienen methoden waarbij geen slachtoffers onder burgers vallen de voorkeur.
(6) Veel minder kwalijk is het gericht proberen om vijandelijke leiders te liquideren of om door middel van geweld op strijders informatie van militair belang te verkrijgen (het z.g. martelen).
Zoals u ziet is het helemaal niet nodig de strijdende partijen bij de naam te noemen om een helder beeld van de situatie te krijgen.
En dan nu de propaganda.
Men roept wel eens dat één beeld meer zegt dan 1000 woorden. Een misleidende uitspraak. Want 1000 woorden hebben een verband. Het is niet zo gemakkelijk een leugen van 1000 woorden te vertellen. Een beeld zegt op zichzelf niets. Alleen doordat er bij staat wat het is krijgt het een betekenis. Als er bij het hieronder veel gebruikte beeld staat:
1 “Omgekomen toen de school onder het geweld van een modderlawine instortte.”
2 “Omgekomen tijdens een Israëlische beschieting nadat tien tot de tanden
gewapende Hamasstrijders hun toevlucht tot de kelder van de school hadden
genomen en de leerlingen in het daklokaal hadden opgesloten.”
3 “Omgekomen door een slecht gericht schot van de Israëlische strijdkrachten”
4 “Levend begraven door vijf Hamas-strijders”
5 “Levend begraven door vijf Israëlische soldaten”
6 “Levend begraven door de Joden”
7 “Levend begraven door de Islamieten”
8 ”Door Hamas gemanipuleerd beeld van een pop onder het puin”
9 ”Door Hamas gebruikt beeld van omgekomen meisje in de modderlawine in Bolivia”
Dan betekent het beeld iedere keer iets anders. Maar inderdaad: beelden werken primair. Het lijkt alsof dat kind een langzame en gruwelijke dood gestorven is. Daar zouden we iets tegen willen doen. Op het moment dat “iemand” een bepaalde titel aan het beeld toevoegt weten we ook wie of wat er schuldig aan is. En kunnen we daar “iets aan doen”. Volgens mij (maar ik kan het best mis hebben) is Goebbels zoniet de uitvinder dan toch degene die dit soort manipulaties vervolmaakt heeft: “De propagandist moet zijn eigen waarheid construeren. Alles wat goed is voor de partij is waar. Zou dit samenvallen met de feitelijke waarheid, des te beter; anders moet het worden aangepast.” Er lijkt me alle reden toe om het beeld zoals het nu gebruikt wordt te behandelen als een oproep tot haat en geweld. Waar blijft justitie ?
Bij wijze van oefening onderstaand plaatje:
Op de plaats waar ik dit plaatje heb gevonden (overigens zonder vermelding van de maker) staan er vlaggetjes in A en B. dezelfde vlaggetjes staan ook op de schouder van de beide strijders. Als u denkt te weten welk vlaggetje waar staat mag u hier naar de oplossing kijken. En voortaan oppassen met beelden en emoties.
Voor degenen die er nog wat over willen doordenken is er mijn Kerstgedachte.