Trump, Wilders en de opstand tegen het neoliberalisme
Als Trump verliest zullen de problemen die hij aanroert niet verdwijnen, waarschuwt een van de kranten van dit weekend. Hij spreekt de kiezers aan die zich bedreigd voelen in hun bestaanszekerheid en zich machteloos voelen. Hij spreekt de kiezers aan die zich zorgen maken over de ontstane polarisatie en tweedeling in de samenleving die een bedreiging vormt voor de onderlinge solidariteit.
Nadat de landelijke kranten zich wekenlang vrolijk maakten over de strapatsen van Trump en hem niet serieus namen, trof ik in de kranten van dit weekend een andere toon aan. De ‘deplorable’ Amerikanen, de mensen die verwachten dat Trump hun lot kan verbeteren, krijgen een gezicht en hun problemen worden serieus genomen. “Ik ben uw stem”, zegt Trump regelmatig. De republikein Trump lijkt de tijdgeest heel wat beter aan te voelen dan de democrate Clinton die een deel van de traditionele democratische achterban ziet overstappen omdat ze geen vertrouwen meer hebben in haar plannen.
De problemen zijn niet typisch voor Amerika. Het hele Westen lijdt onder de gevolgen van het neoliberale beleid van de laatste decennia dat van de werknemer een wegwerpartikel heeft gemaakt. De neoliberale droom dat je je eigen lot kunt bepalen is een leugen en steeds meer mensen beseffen dat. De neoliberale droom begunstigt de talentrijken, zet een negatieve premie op loyaliteit en voert ons naar een darwinistisch universum waarin iedereen elkaars concurrent is.
Wilders en diens politieke verwanten in Europa spreken een achterban aan die vergelijkbaar is met die van Trump. De machtelozen waarvan het lot bepaald wordt door krachten waar ze geen enkele invloed op hebben. Tot voor kort waren ze nog tokkies, losers, rednecks en xenofoben, typisch stempels uit de neoliberale doos, maar die termen zijn in de nationale discussie steeds minder vaak te horen. Alexander Pechtold liet optekenen: “Dat er veel mensen zijn, veel meer dan ik dacht, die in de raderen van de samenleving zijn vastgelopen en soms alle reden hebben om boos en teleurgesteld te zijn”. In deze zin is alleen het woordje ‘soms’ misplaatst. De toch wel enorme aanhang van Trump laat zien dat het om een niet meer te negeren groep gaat die zich niet meer gesteund voelt door het sociaal en economische beleid in Amerika. Hoewel de omstandigheden verschillen, is dezelfde trend in Europa te zien.
Het succes van Wilders kan worden verklaard uit het groeiend aantal mensen dat protesteert tegen de ontwikkelingen die zich buiten hun wil om voltrekken. De PvdA heeft ze in de steek gelaten, SP en D’66 denken nog dat pleisters plakken de oplossing vormt en GroenLinks droomt over wat mensen van goede wil zouden kunnen bereiken. Wilders appelleert niet aan de belangrijkste prioriteiten van zijn achterban: bestaanszekerheid en veiligheid. Hij beperkt zich tot een onderwerp dat niet als hoogste op de lijst staat.
Dat de islam op de lange termijn door migratie een ernstige bedreiging vormt, hebben Trump en Wilders als opvatting gemeen. Maar anders dan Trump heeft de PVV er strategisch voor gekozen om de islam als enig onderwerp tot inzet bij de komende verkiezingen te maken. De PVV scheidt zo de mensen die bij wijze van spreken de islamitische hoofddoek als een lapje textiel zien van de mensen die het als de vlag van de islam beschouwen. De laatste groep lijkt in de meerderheid te zijn en dat dwingt ook andere partijen tot een keuze. De VVD is het verst in de richting van de PVV opgeschoven en combineert dit met haar neoliberale politiek die mensen oproept om fatsoenlijk te blijven en hun lot te aanvaarden.
De aanwezigheid van de islam in Nederland vormt typisch zo’n onderwerp waarbij veel mensen zich machteloos voelen. De ontwikkelingen voltrekken zich buiten hun wil, hun tegenstem wordt gecriminaliseerd, terwijl die van minderheden alle aandacht lijken te krijgen. Het principe van zo veel mogelijk onbelemmerde vrijheid die door het neoliberalisme wordt gepreekt, speelt ook hier een belangrijke rol. Het onbelemmerde vrije verkeer van mensen, goederen en kapitaal verandert de wereld tot ver voorbij door de meeste Nederlanders gewenste proporties. Het tast de nationale identiteit aan en het verzet daartegen wordt door het neoliberalisme als vijandig gezien.
De strategische keuze van de PVV leidt tot proteststemmen. Politiek gezien wellicht nuttig, maar betreurlijk omdat de PVV er niet in slaagt om een front te vormen tegen het neoliberalisme als schadelijk voor de samenleving.
Duidelijk is in ieder geval dat ongeacht de uitslag van de Amerikaanse of Nederlandse verkiezingen het verzet tegen het neoliberalisme zal blijven groeien omdat het te veel slachtoffers veroorzaakt en de onvrede voedt. Het is jammer dat het verzet nog min of meer een weeskind is dat onvoldoende aandacht krijgt van de bestaande politieke partijen. Dat is te wijten aan de neoliberale krachten die een bevoorrechte groep begunstigt die meer macht kan ontwikkelen dan de meerderheid van de Nederlandse bevolking wenselijk lijkt. Dat zal de opstand op termijn agressiever maken.