De macht van de vrouw
In de moderne wereld is macht het beschikken over kapitaal. Dat lijkt een simpel bedrag aan geld, maar geld is in deze vorm niet het simpele ruilmiddel dat het lang geweest is. Het is — als ooit “ontstaan” overschot — het middel om andere mensen te huren voor een activiteit naar jouw keuze. Je oefent zo macht uit over de ander, die vaak geen keuze heeft en op deze wijze zijn bestaan zeker moet stellen.
Het kan ook gebruikt worden om mensen in een bepaalde functie om te kopen. Dat hoeft niet illegaal te zijn. In de USA was het lang normaal en legaal om bij verkiezingen grote campagnedonaties aan politici te doen. Dat zou kunnen omdat de schenker het helemaal met de politicus eens is, maar het ontstaan van een verplichting tot wederdienst zal over het algemeen minstens zo belangrijk zijn. Eigenlijk is dat nog steeds zo al gaat dat nu via zogenaamde “super-packs”. Deze wederdienst heet cliëntelisme, het kopen van de stem. In de EU gaat het om lobbyen en het in het vooruitzicht stellen van een mooie functie na bewezen diensten.
Kapitaal kan op meerdere manieren verworven worden. De meeste mensen erven het. Soms vindt iemand een pot met goud, vaak in de vorm van voorkennis. Met veel geluk en enig talent kun je een geslaagde onderneming opbouwen. Musici, sporters en acteurs (waaronder presentatoren) kunnen met enig geluk, talent en veel training een kapitaal verwerven.
Seksueel kapitaal
Voor “moderne” vrouwen is een fraai uiterlijk — seksuele aantrekkingskracht — hun kapitaal. Ook daarvoor is naast een natuurlijk gegeven training en geluk nodig. Het is een hoedanigheid die ook in het prekapitalistische tijdperk toegang gaf tot de maatschappelijke top. Instructief is hoe dat ooit in Japan ging. Hoe hoger de maatschappelijke status van de man, hoe meer kans op aandacht van mooie vrouwen. De biologische grondslag van deze machtsverhouding is niet eenvoudig te doorbreken; een belangrijk onderdeel van onze opvoeding is een poging het wat bij te sturen. Hoewel het nodige op Freud is aan te merken blijft de seksuele drift de belangrijkste drijfveer in de verhouding tussen man en vrouw, ook in de moderne maatschappij.
Het is geen geheim dat die drift bij mannen er op gericht is bij zo veel mogelijk vrouwen nakomelingen te verwekken en bij vrouwen om een betrouwbare partner te vinden die aan haar veiligheid en behoefte aan verzorging kan voldoen. En er is aandrang om kwalitatief het beste nageslacht te produceren. Als gezegd zijn er grenzen aan de culturele, maatschappelijke disciplinering van deze driften. Die grenzen zijn beperkter dan het hedendaagse feminisme zich wenst, zowel bij mannen als bij vrouwen. Over die laatste beperking wordt, buiten enkele publicaties over de voorliefde van sommige vrouwen voor ‘foute’ mannen, weinig gezegd. Over de gewenste maar evenzeer moeilijk haalbare inperking bij mannen des te meer. Terwijl mannen steeds meer hun natuurlijke aanleg moeten leren onderdrukken worden vrouwen nog steeds gestimuleerd en aangeleerd om hun seksuele kapitaal zo groot mogelijk te maken en zo goed mogelijk te gebruiken. Met een klein dipje tijdens de tuinbroekenjaren ’70 van de vorige eeuw. Daarbij speelt de maatschappelijke status een steeds grotere rol en wordt het verkrijgen van nageslacht en de zorg daarvoor steeds meer als een negatieve last ervaren. Een belangrijke factor daarbij is de pil, die het mogelijk maakte seksualiteit en voortplanting van elkaar te scheiden.
De seksuele relatie als handel
Macht is per definitie ongelijk verdeeld en zoals aan het begin gesteld neemt die in de moderne maatschappij de vorm aan van beschikking over kapitaal. Inderdaad is die macht overwegend in handen van mannen. Daar valt het nodige over te zeggen, maar het is een duidelijk dat het seksuele kapitaal van de vrouw een belangrijk tegenwicht vormt. In de moderne maatschappij is vrijwel iedere seksuele relatie een handelsrelatie: een ruil van seksuele eenheden tegen bestaansmiddelen in de vorm van een som gelds of een dienst die uitzicht daarop biedt. Bij prostitutie is er sprake van een duidelijke transactie, een objectieve ruil. Die kan variëren van een eenvoudige blowjob tot een sugar-daddy.
Het klassieke huwelijk is meer te vergelijken met een vast contract, dat overigens veel meer inhield dan een seksuele relatie. Het ging om nakomelingschap, zorg, het voeren van een huishouding. De huidige nadruk op liefde, romantiek, en daarmee op uiterlijk, aantrekkingskracht, is de in het kapitalisme gebruikelijke vorm van fetisjering: het begeren en kopen op grond van uiterlijkheden of andere direct waarneembare eigenschappen beoordelen van een mens.[1] Zoals men ook een auto of een schilderij koopt. In oudere tijden — en in sommige culturen nog steeds — traden de ouders op als makelaar. Nog niet zo’n heel gek idee. Het is duidelijk dat de overdreven aandacht voor het uiterlijk een belangrijke factor is in het stuklopen van huwelijken. De eigenlijke doeleinden van de transactie worden dan soms genadeloos gepresenteerd als bij scheiding alsnog betaald moeten worden voor “bewezen diensten”.
Op het moment dat partijen zelf een dergelijk vast contract aangaan ligt het voor de hand dat het aanbod — het seksuele kapitaal — beproefd moet worden, daar dit inmiddels de hoofdzaak uitmaakt van de transactie. Dit geldt ook voor andere meer vaste contracten die vooral op uiterlijk gebaseerd zijn, zoals een rol in een film. In een neutrale vorm zou een dergelijke beproeving in de vorm van prostitutie moeten gebeuren, maar dat doorbreekt te veel de romantiek.[2] Het heeft bovendien het nadeel dat talentlozen, die het uitsluitend van hun uiterlijk moeten hebben eigenlijk al weten dat ze geen succes zullen hebben door zich te prostitueren. De bedoeling is in zo’n situatie dermate de begeerte, ook wel liefde genaamd, op te wekken dat de koper zich genoodzaakt voelt de gewenste transactie te doen.[3] Een dergelijke poging blijft speculatie, de vrouw kan winnen of verliezen.
Zich omhoog neuken was en is niet ongebruikelijk. Golddiggers, secretaresses die hun baas trouwen, actrices die een rol ambiëren, studentes die een goed cijfer willen halen, het kwam en komt nog steeds allemaal voor. Tegenwoordig wordt een dergelijke investering soms zelfs als een verkrachting gepresenteerd. Men is het willoze slachtoffer van de machtige man en wordt feitelijk verkracht. Verlies of winst spelen bij een dergelijke beschuldiging geen rol. Sinds MeToo wordt het larmoyante verhaal verteld dat men zich om niet moest laten gebruiken en dat zou fout zijn of het nu tot het gewenste succes leidde tot niet. Dat men zelf welbewust risico’s nam met kans op winst of verlies laat men buiten beschouwing. Dat wil overigens niet zeggen dat de andere partij, de “dader”, altijd vrijuit gaat. Zijn schuld is echter moeilijk te bewijzen daar deze investering van de vrouw alleen werkzaam is als de suggestie gewekt wordt dat dit geheel vrijwillig en de uitkomst onbelangrijk is. Zeker als de beschuldigingen pas na jaren en onder aanvuring van anderen geuit worden is het lafhartig gedrag dat eigenlijk beloond moet worden met een aanklacht wegens smaad. Vele mannen buigen echter onder het feministische feminiserende geweld en knielen onderdanig. Strauss-Kahn heeft wat dat betreft geluk gehad, hoewel het hem zijn positie gekost heeft.
Minderjarigen
Deze beschouwing kwam tot stand naar aanleiding van een discussie op Twitter over de onschuld van de slachtoffers van Epstein en Maxwell; hoe zit dat nu met mensenhandel, minderjarigen, Bill Clinton en Epstein?
Meisjes worden al van jongs af aangemoedigd om zich te presenteren als een te begeren object, om er zo snel mogelijk volwassen en beschikbaar uit te zien. Fysiek kunnen ze vanaf 15 jaar volgroeid zijn en veel doen hun uiterste best om te doen voorkomen of ze volwassen zijn. Of men kan weten seks met een minderjarige te hebben en of men dat op een of andere manier moet controleren hangt sterk van de omstandigheden af[4], Daarbij heeft de wetgever wel een wat erg makkelijke grens getrokken tussen de “kwetsbaarheid” van minderjarigen en de “volwassenheid” van meerderjarigen.
De bescherming van volgroeide jeugd tegen omgang met ouderen heeft alles te maken met het feit dat men geacht wordt als zelfstandig individu te kunnen beslissen over huwelijk of een ander contract of activiteit die berust op seksuele aantrekkingskracht en derhalve ook aan de seksuele activiteiten die daar mogelijk aan vooraf gaan. Eigenlijk treed de staat hier in de plaats van de ouders of familie die traditioneel de beslissing namen en derhalve voorafgaand handelen moest controleren met meestal de eis tot maagdelijkheid. Een ander belangrijk aspect is dat jeugd een belangrijk onderdeel van seksuele aantrekkingskracht is en dat een ongewenst voordeel oplevert voor jonge vrouwen. Er zijn rechtshandelingen en activiteiten waarvoor jongeren voorafgaand aan de volwassenheid bevoegd zijn, al worden dat er minder en ook overtredingen van de wet kunnen met speciaal recht bestraft worden. De ouders blijven voor veel zaken uiteindelijk verantwoordelijk. Het is in dit licht op zich al vreemd dat seksuele relaties tussen minderjarigen wel mogelijk zijn, maar tussen een meerderjarige en minderjarige niet. Bij minderjarigen wordt minder verantwoordelijkheidsgevoel verondersteld en zal er dus eerder ongepaste druk uitgeoefend worden. Zie verder Wikipedia voor het verloop van verschillende leeftijden waarop en voorwaarden waaronder huwelijk mogelijk is. Deze verboden zijn van recente datum en de vermenging met echte pedofilie, de seksuele omgang met kinderen — nog niet fysiek volgroeide individuen — is op zijn zachtst gezegd onverstandig.
Dat Epstein een grote schoft was en 100% schuldig is wel duidelijk[5], hoewel al lange tijd iedere aanklacht van vrouwen met enige scepsis bekeken moet worden blijft er genoeg over. Bill Clinton kan zich seksueel niet beheersen, zoals wel meer machtige mannen. Vermoedelijk heeft hij zich niet schuldig gemaakt aan iets dat op verkrachting lijkt, de “slachtoffers”, of ze nu meerderjarig of minderjarig waren werden zeker ook gelokt door de eigen wens de macht te behagen om er zelf beter van te worden. Het is wel vrij waarschijnlijk dat hij van de voorkeuren en praktijken van Epstein wist. Op diens aanbod ingaan maakt hem daarom wel schuldig. Het slachtoffer is dan misschien juridisch gezien niet schuldig, maar hoeft niet onschuldig te zijn. Dat hangt af van de dwang of misleiding die Epstein of Maxwell hebben toegepast.
Mensenhandel
Er zijn zeer schrijnende voorbeelden van mensenhandel en vooral van de daaruit voortvloeiende staat van slavernij. Daarbij krijgt prostitutie terecht veel aandacht. Toch wringt er wel het een en ander. Artikel 273f lid 1 luidt:
Als schuldig aan mensenhandel wordt met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie gestraft ten 1e:
degene die een ander door dwang, geweld of een andere feitelijkheid of door dreiging met geweld of een andere feitelijkheid, door afpersing, fraude, misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht, door misbruik van een kwetsbare positie of door het geven of ontvangen van betalingen of voordelen om de instemming van een persoon te verkrijgen die zeggenschap over die ander heeft, werft, vervoert, overbrengt, huisvest of opneemt, met inbegrip van de wisseling of overdracht van de controle over die ander, met het oogmerk van uitbuiting van die ander of de verwijdering van diens organen;
Dit artikel, en met name het hanteren van “uitbuiting”, roept ook bij juristen de nodige kritiek op. Inderdaad, want uitbuiting is nogal een breed begrip. Ook een uitzendbureau — eigenlijk de meeste werkgevers — zijn er op uit om winst te maken door het in dienst nemen van mensen. Ook “misleiding” en “misbruik van overwicht” roept veel vragen op.
Zoals hiervoor duidelijk is geworden zijn de motieven van vrouwen ook niet altijd even zuiver en kan er op enig moment een gewenste uitbuiting ontstaan. Als een belegger een aanbod krijgt met een onwaarschijnlijk hoog winstpercentage of een artikel wordt op een website aangeboden tegen een onwaarschijnlijk hoge prijs dan mag van een handelingsbekwaam persoon (en dat kan ook een minderjarige zijn) verwacht worden dat hij een dergelijk aanbod controleert. “Een andere feitelijkheid” is een typische juridische stoplap waarmee werkelijk van alles mogelijk wordt. Zelfs het instemming van een persoon te verkrijgen die zeggenschap over die ander heeft is niet zonder problemen, aangezien die persoon gezien de situatie mag menen dat dit het beste is en het is vrij gebruikelijk dat familie afdraagt aan het armoedige thuisfront. Onder dit zelfde artikel gaat het ook om strafbaarheid van de daarop min of meer noodzakelijke volgende slavernij of ander misbruik van de verhandelde persoon.
Tot ongeveer 1960 was het voor de betere stand vrij gebruikelijk om op het platteland te zoeken naar een (minderjarig) dienstmeisje, dat dan voor kost en inwoning en enig zakgeld kon komen werken en enige nadere opvoeding krijgen. Een arrangement dat onder deze wet als mensenhandel gezien zou kunnen worden.
Kortom dwang, geweld, dreiging met geweld, afpersing en fraude zijn duidelijke criteria. Voor de overige criteria is men aangewezen op de handelingsbekwaamheid van de persoon. In de huidige slachtoffercultuur wordt regelmatig te gemakkelijk van onbekwaamheid uitgegaan. Alles bijeen is het niet duidelijk of alle jonge vrouwen die aan Epstein en zijn “gezelschap” ten dienst hebben gestaan slachtoffer waren. Wat de gedragingen overigens niet minder weerzinwekkend maakt, maar dan van beide kanten. Het is ook onduidelijk of de beschermer van de prostituee — de souteneur — aan slavernij doet. Als hij geweld gebruikt of bijvoorbeeld het paspoort afneemt wel. Maar een zekere bescherming, ook om betaling te verkrijgen, lijkt wel een reële behoefte.
Dit alles zal voor veel lezers een te eenzijdige beschouwing zijn. Het MeToo roepen, het slachtofferdenken heeft dermate grove vormen aangenomen dat dit tegengeluid noodzakelijk is.
[1] Zie ook De wereld als markt en strijd van Michel Houellebecq
[2] Het omgekeerde komt voor, dat een klant de prostituee vrijkoopt.
[3] Zie ook Glamorama van Brett Easton Ellis
[4] Hoe schuldig waren hoerenlopers in Valkenburgse zedenzaak?