Gebruik en misbruik van geschiedenis
Gebeurtenissen in het verleden zijn een belangrijk argument bij het besturen van een samenleving of organisatie. De leiding gebruikt geschiedenis om eigen heerschappij en beleid te rechtvaardigen en te propageren. De oppositie doet dat met haar voorstellen voor een ander beleid of een andere inrichting van de maatschappij.
Of we het nu over Ukraine, Israël, Migratie, Klimaat, Milieu, Kapitalisme of Socialisme hebben, de geschiedenis speelt altijd een belangrijke rol. Niet alleen bij Hitler of Stalin, maar ook bij Merkel, Obama of Trump. Vaak wordt direct aan de geschiedenis gerefereerd, maar ook als dat niet zo is, worden de opvattingen van leiders gevormd door de wijze waarop zij bij hun eigen ontwikkeling tegen de geschiedenis aan zijn gaan kijken.
Inderdaad is kennis van het verleden absoluut noodzakelijk om beslissingen te kunnen nemen. En dat geldt zeker voor de elite die aan de macht is.
Wie niet weet waar hij vandaan komt kan niet weten waar hij naartoe moet.
Welke geschiedenis?
Er is geen aanwijsbaar startpunt in de geschiedenis. Van de vroegste – ongeschreven – geschiedenis is weinig bekend. Vanuit onze cultuur bekeken is er pas vanaf de Grieks-Romeinse tijd aan serieuze geschiedschrijving gedaan. Het overgrote deel daarvan heeft weinig waarde voor de beoordeling van de situatie nu.
Die oude geschiedschrijving betrof de belevenissen en vooral daden van de heersende elite. De geschiedenis van het volk was van ondergeschikt belang. Voor het Westen is de Bijbel, de geschiedenis van de leiders van het Joodse volk, inclusief de christelijke afsplitsing van groot belang. Die werd in de eerste plaats voorgesteld als een morele geschiedenis van goed en slecht: een wetboek.
Pas vanaf de Verlichting is er sprake van geschiedenis die het maatschappelijk geheel probeert te omvatten. Die stroming werd politieke economie genoemd. Dit gaf aan dat de beschrijving van de ontwikkeling (geschiedenis) van de inrichting van de economie het belangrijkste onderwerp was. Terecht wordt die beschouwd als de basis van het menselijk, maatschappelijk bestaan: het bestaan van het volk.
Eveneens vanaf de Verlichting ontstond een geschiedenis van de natuur, de ontwikkeling van dode en levende natuur in de loop van de tijd. Pas na het verschijnen van Silent Spring in 1962 kreeg die geschiedschrijving ook een politieke dimensie.
Voor het grootste deel van het volk was geschiedschrijving van weinig belang. Voor de meeste mensen bestond de geschiedenis uit de mondeling overgeleverde ervaringen van hun ouders en voorouders. Aangevuld met wat de priester (pastoor) te vertellen had over de Bijbel. Dat veranderde pas vanaf eind 18e eeuw met de opkomst van het kapitalisme, die lokale gemeenschappen en de (groot-)familie ontmantelde.
Vanaf 1990 is de individualisering verder voortgeschreden en worden mensen nog meer van hun afkomst vervreemd. Ze worden geacht als individu – los van de gemeenschap – alleen nog in het heden te leven met enige aandacht voor de mogelijke toekomst.
Maar identiteit kan niet alleen aan het heden ontleend worden. Er worden daarom identiteiten bedacht en opgedrongen met een bijbehorende geschiedenis. Je bent bijvoorbeeld iemand met een “slavernijverleden” of een “onderdrukt gender X”. Alle mogelijke vormen van al of niet vermeende onderdrukking en achterstelling worden gebruikt, behalve die door het kapitaal. De boze oudere witte ultrarechtse of fascistische man werd het verzamelputje voor mensen met een “slechte” identiteit: de onderdrukker.
Samenvattend: identiteitspolitiek. Het laatste restje historisch besef wordt vervangen door “historische labels” zoals fascist, communist, zionist of slavenkind. Labels die weinig te maken hebben met de oorspronkelijke betekenis.
Om het heden – en dan met name de politieke toestand – te kunnen begrijpen gaat het in de eerste plaats om de geschiedenis van het Westen in de 20e eeuw. Daarna komt de periode vanaf de aanloop naar de Franse Revolutie rond 1750. De daaraan voorafgaande Verlichting vanaf begin 17e eeuw is op haar beurt van belang om die revolutie te kunnen begrijpen.
Kennis van de geschiedenis
Publieke kennis van geschiedenis wordt bij het opgroeien tot volwassene overgedragen door ouders, school en verdere opleiding. En vervolgens via de massamedia verder ontwikkeld. In de vorige paragraaf werd duidelijk dat de ouders hierin geen rol van betekenis meer spelen. De rol van massamedia is sterk toegenomen.
Tot de Verlichting werd geschiedenis door deelnemers aan de macht zelf of in hun directe opdracht opgetekend. In de meeste gevallen op een wijze die de macht als het goede, of zelfs het voortreffelijke voorstelde.
Vanaf de verlichting verbreedde de belangstelling zich tot het functioneren van de samenleving als geheel en werd geschiedschrijving een min of meer zelfstandige activiteit van al of niet gediplomeerde historici. Daarmee werd de partijdigheid minder en ontstond discussie.
Historici krijgen in hun opvoeding en opleiding zelf een bepaalde historische bagage mee en zijn daarom nooit neutraal. Slechts door discussie kan een groter waarheidsgehalte bereikt worden.
Ukraine: gebruik en misbruik van de geschiedenis
Zowel door de heersende macht als de oppositie wordt de geschiedenis in de politiek als argument gebruikt. Als voorbeeld de discussie rond de oorlog in Ukraine.
De heersende macht wil allereerst een schuldige aanwijzen. Een staat, en in het bijzonder de leider van die staat die de oorlog zonder aanleiding – d.w.z. uit heerszucht – is begonnen en de grenzen van een soevereine en bevriende staat overschreden heeft. Een eenvoudig beeld, waarbij de geschiedenis geen andere rol lijkt te spelen dan de verklaring dat bij de agressor het kwaad aan de macht is in de vorm van een corrupte dictator die zijn eigen belang nastreeft. Aan onze kant zou via democratie het volk aan de macht zijn.
In plaats daarvan moet gezocht worden naar oorzaken. Schuld, het onderscheid tussen goed en slecht is diffuus en zal meestal een oplossing van een conflict in de weg staan. De oorlog in Ukraine wordt vanuit de eigen belangen van partijen beoordeeld.
De oppositie ziet de schending van de belofte van de NATO (het Westen) begin jaren 90 aan Rusland dat haar invloedsfeer niet aangetast zou worden als hoofdoorzaak. Deze afspraak was al geweld aangedaan met de uitbreiding van de NATO (en EU) richting Rusland. Samengevat: Ukraine had geen bevriende staat van het Westen mogen worden.
De poging vanaf 2008 om ook Ukraine binnen de Westerse invloedsfeer te trekken was, gezien de historische relatie tussen Ukraine en Rusland en het feit dat deze staat van veel groter economisch en militair belang was, een totale provocatie van Rusland. Het was de aanleiding en het begin van de oorlog.
Het belang van het Westen – in de eerste plaats de VS – was:
- een verdere uitbreiding van haar invloedssfeer,
- de aanwezige grondstoffen,
- mogelijke overname van bedrijven door VS-internationals,
- de verkopen van de VS defensie-industrie,
- een verzwakking van de EU en
- een plaats voor activiteiten die in de VS wegens verdragen niet mogen plaatsvinden.
Ideologisch ging het om het verbreiden van de parlementair democratische bestuursvorm, vrijheid en mensenrechten. Met als onderdeel daarvan het beëindigen van (netwerk-)corruptie. Voor de geoefende beschouwer is het geen geheim dat deze zogenaamde kroonjuwelen van het Westen al lang verroest en verrot zijn. Bovendien is het met geweld opleggen van deze staatsinrichting aan andere landen steeds weer een mislukking gebleken. En dat is ook eigenlijk de bedoeling.
Daartegenin gaan voorstanders van de ingreep door het Westen – de VS – in Ukraine verder terug in de tijd door de zelfstandigheid van Ukraine in voorgaande geschiedenis naar voren te brengen. Deze zelfstandigheid van Ukraine heeft slechts zelden bestaan, en ontstond met de ondergang van de Sovjet-Unie in 1991. De afspraken over invloedssfeer waren toen juist gemaakt om die zelfstandigheid mogelijk te maken door haar te beperken tot een zelfstandig bestuur en erkenning als zelfstandige staat. Terzijde moet worden opgemerkt dat de EU binnen de invloedssfeer van de VS valt en het met de zelfstandigheid van de staten bar tegenvalt.
Alles wat daarvoor in de historie gebeurd is tussen Rusland, Ukraine en andere staten is voltooid verleden tijd. Het kan gebruikt worden om de situatie beter te begrijpen, maar niet als argument voor internationaal politiek handelen en zeker niet voor een oorlog. Doet men dat wel dan verlaagt men zich tot het primitieve niveau van de nooit op te lossen eerwraak.
Reacties
Gebruik en misbruik van geschiedenis — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>