Site pictogram Wat te DOEN

Code rood voor marxisme! Of juist niet?

Ja!

Marx heeft het communistisch manifest geschreven. In 1848. Daarvoor wordt hij nog wel geprezen maar vooral afgeschilderd als de bron van al het “linkse” kwaad in de wereld.

De meeste mensen die dat roepen hebben dat manifest niet gelezen. Of ze schrijven het toe aan de “moderne Marxisten” van de Frankfurter Schule,  postmoderne Franse filosofen of Gramsci. Ook dat overigens van horen zeggen. Lees over dat onterechte toeschrijven hier, in het bijzonder deze.

Degenen die het wel gelezen hebben, doen dat in het algemeen vooringenomen. Ja, er wordt over revolutie gesproken, over onderdrukking en uitbuiting. Over grondige verandering van de maatschappij. Met als einddoel de totale gelijkwaardigheid van alle mensen in de hele wereld. Communisme. Als het over slaven zou gaan zou iedereen dat prima vinden, maar nee, het gaat over arbeiders en kapitalisten. En kapitalisten zijn goed, waren dat altijd al. Of ze bestaan niet eens. Dat weet iedereen.

Het manifest nader bekeken

Het communistisch manifest besteedt om te beginnen aandacht aan de beschrijving van hoe kapitaal en arbeid er toen voor stonden, hoe er belangentegenstelling en strijd was en de tegenstrijdigheden die in de kapitalistische ordening van de economie van toen zaten opgesloten. Nogmaals, zoals het in 1848 en daaraan voorafgaand ging. Een aantal belangrijke inzichten zijn nog steeds actueel. Daarvoor kan men echter beter Das Kapital lezen.

De omstandigheden waaronder veel arbeiders toen leefden waren misschien wel slechter dan die van de slaven, die later “bevrijd” werden in de Civil War (1861 – 1865). Weliswaar een burgeroorlog en geen revolutie maar wel een behoorlijk bloedige, gewelddadige aangelegenheid. Vergelijkbaar met de burgeroorlog die in Rusland uitbrak na de verovering van de macht door de communisten. In de VS stonden de slavenhoudende landeigenaren uit het Zuiden tegenover de industriëlen in het Noorden. In de burgeroorlog tussen de Roden en de Witten, ging het om arbeiders en soldaten tegen de rest. Oh ja, in de US hebben ze ook nog de Indianen onderdrukt gedood en van hun land beroofd. Ook al geen communistische revolutie.

Het was het manifest van een communistische partij die zich in de eerste plaats communistisch noemde om zich te onderscheiden van de toenmalige socialistische partijen. De kern van dat onderscheid is het ter discussie stellen van de eigendom van de productiemiddelen, waarbij eigendom in de eerste plaats als beslissingsmacht moet worden gelezen.

De communistische partij zal zich niet verzetten tegen andere arbeiders­partijen, maar in tegenstelling tot hen zal zij de algemene wil tot uitdrukking brengen en de gemeenschap-pelijke belangen van het wereldwijde proletariaat als geheel verdedigen, onafhankelijk van alle nationaliteiten.

Alleen al uit deze zin blijkt dat er weinig verband bestaat tussen de ideeën van Marx en wat nu door de identiteitsbewegingen zoals BLM wordt nagestreefd, of die zichzelf nu “marxistisch” noemen of dat stempel door hun tegenstanders opgedrukt krijgen.

De proletariërs … hun missie is het vernietigen van alle eerdere zekerheden omtrent en verzekeringen van individuele eigendom [van productiemiddelen VO].

Sommigen roepen wel iets tegen het grootkapitaal, maar hebben geen enkel idee over hoe dan en hoe daar te komen. Dit in tegenstelling tot Marx. Wat ze gemeen lijken te hebben met het manifest is dat daar het nodige over revolutie gezegd wordt en deze bewegingen daar ook naar schijnen te streven. Ook is er sprake van onderdrukking maar dat is geen exclusief door Marx ontdekt verschijnsel.  De strijd gaat volgens Marx evenals bij de Civil War — eigendom van slaven — en de strijd tegen de Indianen over eigendom, over beslissingsmacht. Niets bijzonders dus.

Bij de revolutie die wordt gepropageerd in het manifest ging het om de heersende macht van kapitaal en staat. Het bezit van belangrijke productiemiddelen en grond moest van de gemeenschap, “the commons” zijn. De staat maakt in die visie een noodzakelijk onderdeel uit van het kapitalisme. Uiteindelijk zou dat moeten leiden tot gelijkwaardigheid van allen. De moderne nep-revolutionairen, of die nu links of rechts zijn hebben geen flauw benul van dit machtssysteem dat tot op de dag van vandaag werkzaam is, al zijn er veel zaken anders dan in 1848. Door het racistisch, seksistisch en milieuonvriendelijk uitroepen van de witte vleesetende dieselslurpende man als schuldig is het duidelijk dat deze zwaar gestraft moet worden in plaats van deel te nemen aan een  toekomstige gelijkheid van allen. Tenzij hij zich tot vrouw van kleur laat ombouwen. Daarbij mag niet vergeten worden dat revolutie vanaf de Franse Revolutie tot ver in de 19e eeuw het enige middel tot machtsovername en conflictbeslechting was.

Het manifest is ook geen directe oproep tot revolutie. Er worden politieke eisen aan de machthebbers van dat moment gesteld: progressieve inkomstenbelasting; afschaffing van nalatenschappen en privé-eigendom van grond; afschaffing van kinderarbeid; gratis openbaar onderwijs; nationalisatie van transport- en communicatiemiddelen; centralisatie van krediet via een nationale bank. Bepaald nog niet de totale afschaffing van eigendom van de productiemiddelen. Een aantal van die zaken zijn in de loop van de tijd wel eens gerealiseerd. Anderen hebben lang in sociaaldemocratische verkiezingsprogramma’s gestaan. Het zou het begin moeten zijn van de revolutionaire weg naar een staatloze en klasseloze samenleving. Revolutie moet in de eerste plaats gelezen worden als “revolutionaire vernieuwing”.

Het zou het begin moeten zijn van een staatloze en klasseloze samenleving…

Dat doel ontkent een fundamentele eigenschap van iedere samenleving in groter verband van mensen en is derhalve niet te realiseren. Het suggereert dat er een toestand bereikt zou kunnen worden met afwezigheid van machtsverhoudingen zoals in het  communisme bij de aanvang van de menselijke geschiedenis.  Afgezien van de vraag of die communes werkelijk zo egalitair waren — dat is niet heel waarschijnlijk — is het duidelijk dat zonder organisatie, zonder een sturend apparaat arbeidsdeling op grote schaal onmogelijk is. Arbeidsdeling brengt op zich al machtsverhoudingen en belangentegenstellingen met zich mee; heeft een onderverdeling in groepen tot gevolg heeft die men economisch gezien misschien wel klassen mag noemen, bijvoorbeeld landbouwers versus nomaden of vissers. Bij een deling waarbij het organiseren van de werkzaamheden een aparte werkzaamheid wordt kan er nooit sprake zijn van een samenleving zonder machtsstructuur en bijgevolg ook niet van een klasse-  en  staatloze. Het is volstrekt uitgesloten dat een werkplaats met honderd werkers zonder leiding kan functioneren, laat staan de huidige productie waar vaak duizend mensen een bijdrage leveren aan een product. Dit wil overigens zeker niet zeggen dat er geen betere vorm van organisatie en macht denkbaar is. Heden ten dage lijkt een betere, ja zelfs rechtvaardiger inrichting van de maatschappij noodzakelijker dan ooit. Maar niet een van de gelijkheid van alles en iedereen.

Ja!

Dit is fundamentele kritiek op Marx. Het gelijkheidsdenken dat hij propageert is zeker niet zijn vinding. Het is de — vervormde — erfenis van de Franse Revolutie die hij deelt met het liberalisme. Dit gaat terug op de ideeën van het “contract social” van Rousseau, Hume en anderen. Het is een iets radicalere versie van dezelfde gedachten waarop de mensenrechten gebaseerd zijn: de broederschap der mensen.

Vanwege het communistisch manifest staat marxisme voor veel mensen gelijk aan communisme. Het wordt als vervangend woord gebruikt. Voor een praktisch politieke richting is communisme als niet realiseerbaar en achteraf gezien zelfs onwenselijk ideaal een ongelukkige keuze voor een naam. Historisch begrijpelijk, maar het was beter geweest om het bij socialisme te houden. ” Communisme” is de hemel, de religieuze opium van socialisten. Een niet te realiseren ideaaltoestand, die eigenlijk helemaal niet zo ideaal is. Voor wat de hemel betreft treffend geïllustreerd in “Heaven” van de Talking Heads. Hoe onmenselijk saai.

Communisme is geen serieus te nemen te verwezenlijken politiek doel. Dit betekent echter niet dat marxisme, als aanduiding voor alle inzichten die Marx en zijn opvolgers hebben voortgebracht geen betekenis meer voor ons heeft. Ik zie er verder vanaf dat er nog steeds “intellectuelen” zoals Žižek zijn die zichzelf communist noemen. Om de hedendaagse “linkse bewegingen” zo of als marxistisch aan te duiden is eenvoudig schelden, zonder dat het ook maar enig licht werpt op de verwerpelijke uitgangspunten. Dan kan men veel beter deugneus of goedmens gebruiken. Wokist is ook wel aardig. Marxist of communist roepen is te vergelijken met het “facist” en “racist” roepen door de deugneuzen. Het gebruik van marxist als scheldwoord is schadelijk! Juist voor “rechts”.

Nog een belangrijke misser van Marx:

De opkomst van de industrie, waarvan de bourgeoisie de onvrijwillige promotor is, vervangt het isolement van de arbeiders als gevolg van concurrentie door de revolutionaire combinatie als gevolg van associatie. De ontwikkeling van de moderne industrie haalt daarom het fundament waarop de bourgeoisie producten produceert en toe-eigent onder haar voeten vandaan. Wat de bourgeoisie dus vooral produceert, zijn haar eigen grafdelvers. Haar val en de overwinning van het proletariaat zijn even onvermijdelijk.

Het (zich) organiseren van arbeiders was van het begin af aan een probleem. Succesvol op zijn hoogst in vakbondsvorm op nationaal niveau. In de huidige tijd is organisatie van de “werknemers” nog veel verder weg. En dat terwijl het doel zoals uit het eerdere citaat blijkt de wereld — dat wilde toen zeggen de meer ontwikkelde Europese landen en de VS — omvatte.

In Marx zijn tijd kon met daar misschien iets optimistischer over denken. In inleidingen bij latere uitgaven van het manifest wordt duidelijk dat zij (Marx en Engels) voortschrijdend inzicht erkenden. Voortschrijdend inzicht is onderdeel van de wereldbeschouwing van het historisch materialisme, de kern van marxisme. De maatschappij en de kennis daarvan veranderen. Veranderingen die overigens niet synchroon lopen. Die kern is belangrijker dan het manifest en wordt verkort weergegeven in de stellingen over Feuerbach.

De onvermijdelijk­heid van de communistische revolutie die Marx ook op andere manieren trachtte te bewijzen bestaat niet. Of toch?

De singulariteit

Vaag worden de verontrustende contouren van een machine zichtbaar die de mensen inderdaad tot werkelijke gelijkwaardigheid zal reduceren: die van het mensendier, met misschien nog een rudimentair op genot gericht bewustzijn. De mensheid als sociaal organisme is dan opgehouden te bestaan.

In naam zal die machinerie misschien nog kapitalistisch zijn, in de zin dat er nog enkele personen over kunnen blijven die vanaf hun honderdmeter jacht met glazige ogen naar snel oplopende maar volledig virtuele winstcijfers kunnen kijken. Omdat er geen arbeid meer wordt uitgebuit is er in marxistische zin geen sprake meer van kapitalisme.

De zich steeds verder ontwikkelende automatisering kan uiteindelijk een Artificiële Intelligentie baren die de mens in alle opzichten overbodig maakt, zowel in de materiële handelingen van het produceren zelf als het plannen en organiseren daarvan. Op het moment dat er geen behoefte meer is aan arbeidskracht, geschoold of ongeschoold, hoofd of handwerk, wordt iedere opleiding nutteloos en slechts een kostenpost. Uiteindelijk zijn denkende, intelligente personen  eerder een gevaar dan dat ze een nut hebben: er is uitsluitend behoefte aan dom, manipuleerbaar consumenten-vee. Als produceren geen menselijke inspanning meer kost hoeft er ook niet meer verdiend te worden. Iedereen krijgt een uitkering, maar dat kan al spoedig veranderen in een ongevraagd leveren van wat het Artificiële Intellect nodig vindt.  De wereldvrede zal uitbreken onder gelijktijdige opheffing van de menselijke beschaving. Die Intelligentie zou ook kunnen besluiten dat de wereld beter af is zonder mens en hem uit laten sterven of er hardhandig een eind aan maken.

Onmogelijk? Er zijn voldoende indicaties dat dit tot de mogelijkheden behoort. AI maakt enorme vorderingen, veel sneller dan eerder gedacht. Het besturen van een grote organisatie is feitelijk al onmogelijk zonder analysetechnieken die nu nog voor een deel door nerds worden gedaan, maar ieder jaar neemt de noodzaak daartoe verder af. Ook de robotisering van de productie gaat steeds verder door en stoot voortdurend menselijke arbeid uit. Het moment waarop de chirurg volledig vervangen wordt door de operatierobot is niet ver meer. Voor de diagnose fase is dat vaak al feitelijk het geval. Ray Kurzweil[1], thans in dienst van Alphabet (Google) is een belangrijke propagandist van de “Singulariteit” zoals hij deze ontwikkeling noemt.

Parallel daaraan vindt er een permanente uitholling van scholing en opleiding plaats waar onderwijs in nuttige kennis en (intellectuele) vaardigheid meer en meer vervangen wordt door stimuleren van gevoelszaken en verlangens — het dierlijke in de mens — en gehoorzame braafheid: de verkleutering van de mens. De harde bèta-wetenschappen, nu nog nodig als producent van AI en onderzoek, ontsnappen hier nog aan. Maar voor hoe lang? Tevens wordt menselijk contact meer en meer gevirtualiseerd: voor ontmoeting  (sociale media), werken, reizen, spelen en culturele uitingen hoeft men zijn huis niet meer te verlaten.

Dit is bepaald niet de gelijkheid die Marx voor ogen had.  Helaas geeft hij nergens een indicatie hoe grootschalige georganiseerde productie wel menselijk kan blijven of weer enigszins kan worden. Dat kan ook niet als je in de gelijkwaardigheid van iedereen gelooft.

Er is alle reden om van de inzichten van Marx kennis te nemen. Marx was in de eerste plaats een intellectueel, geen revolutionair en heeft belangrijke analyses van het functioneren van de kapitalistische maatschappij en de plaats van de mens daarin tot stand gebracht. Hij was hier toe in staat omdat hij historisch materialisme als methode heeft ontwikkeld.

Deze analyses en hun methodische basis, verder ontwikkeld door met name Lenin,  Gramsci en Althusser zijn van groot belang om onze huidige situatie goed te begrijpen. Onafhankelijk van welke richting men zou willen inslaan. Van “de mens”, het subject, begreep hij niet zoveel. Serieus inzicht in het menselijk bewustzijn en haar (on)mogelijkheden is pas vanaf het begin van de 20e eeuw ontstaan en tot op de dag van vandaag weinig verbreid.

Een kort overzicht van belangrijke momenten uit het leven van Marx:

 

 

[1] On the possibility of divine intelligence, Kurzweil has said, “Does God exist? I would say, ‘Not yet.’

Mobiele versie afsluiten