De meeste Turken in Nederland hebben een Nederlands paspoort. Uitgaande van de sterke aanhang voor Erdogan en de feestvreugde over zijn verkiezing in een aantal Nederlandse steden dient de conclusie te zijn dat ze het Nederlanderschap overwegend op slechts pragmatische gronden hebben aangevraagd. Het zijn geen Nederlanders en ze zijn ook niet van plan het te worden. Bevreemdend is dat niet. Turkije stelt alles in het werk om ze islamitisch en Turks te houden.
In 1963 werd door de toen nog kleine EU een associatieverdrag gesloten waarin werd vastgelegd dat de in de EU-landen wonende Turken geen verplichting tot inburgering kon worden opgelegd. In 1963 leek dat geen zwaarwegend probleem. Enkele jaren later zouden de eerste Turkse gastarbeiders in Nederland aankomen. Aan inburgering dacht nog niemand, ze zouden toch terug gaan. Die aanname werd doorkruist toen in 1975 onder druk van de olielanden tijdens de oliecrisis Nederland zich verplichtte om gezinshereniging toe te staan. De gezinshereniging kwam er en kreeg een vervolg in de ketenmigratie. Het beperkte aantal Turken groeide als gevolg van de gezinshereniging en ketenmigratie tot ongeveer 400.000 nu. Inburgering kan niet verplicht worden. Met een verwijzing naar het associatieverdrag hebben Turken daarover rechtszaken aangespannen en gewonnen. Turken houden van hun Turkse wetten. Toen Ebru Umar moest worden aangepakt deden Nederturken beroep op de Turkse wetgeving omdat ze die van Nederland te slap vonden.
Turkije wenst ook niet dat elders verblijvende Turken integreren. Erdogan ziet dat als strijdig met de mensenrechten en de Turkse partij DENK, vertegenwoordigd in het Nederlandse parlement, hanteert hetzelfde uitgangspunt. Het wordt in Turkse moskeeën verkondigd en door Turkse woordvoerders en belangenbehartigers bij de landelijke en lokale overheden bepleit en verdedigd. Diversiteit is goed, want zo leren we van elkaar’, is het credo. Dat getuigt van het nodige opportunisme want het Turkse beleid en de Turkse cultuur keert zich tegen diversiteit. In Turkije worden de Koerdische Turken verturkst en politiek tegen gewerkt. De Turkse regering zet regelmatig het leger in om de Koerdische protesten te onderdrukken. Turkse alevieten worden geminacht omdat ze eigenlijk niet van de echte islam zijn.
Nu Turkije bezig is verder te islamiseren en gekozen heeft voor een autocratisch leiderschap is de tijd aangebroken om de hoop op een toetreding van een democratisch Turkije tot de EU te laten varen en het associatieverdrag uit 1963 op te zeggen. Daarbij zit wel een addertje onder het gras. Turkije chanteert de EU. De afspraak dat Turkije vluchtelingen tegenhoudt die de reis naar Europa willen maken, wordt door Turkije regelmatig in het vizier gebracht met de boodschap dat ze dat verdrag ieder moment kunnen opzeggen. Tot nu toe is het bij dreigementen gebleven. Met het opzeggen van het associatieverdrag kan dan ook beter worden gewacht tot Europa betere voorzieningen heeft getroffen om de vloed van migranten te dempen.
De zorg van Turkije voor de Turkse en islamitische identiteit in de over Europa verspreide diaspora en haar verzet tegen integratie, is in feite een vijandige houding ten opzichte van de Europese landen met een aanzienlijke vertegenwoordiging van Turken. Europese landen gedogen dat inwoners die een paspoort is verstrekt kunnen worden opgeroepen voor Turkse krijgsdienst en gedogen dat Turken massaal deelnemen aan verkiezingen van Turkije. Het Nederlandse en Europese beleid in dit verband is gebaseerd op het accepteren van het kennelijk onvermijdelijke. Die situatie is echter toe aan herziening.
Veel Turken met een Nederlands paspoort zijn in feite schijn-Nederlanders. Velen van hen zouden wel terug willen en verkondigen dat ook regelmatig. Ze zitten echter in een migratieval. Terugkeren betekent immers terugkeren naar een land waar de voorzieningen aanzienlijk slechter zijn en dat houdt ze tegen. Het kunnen profiteren van uitstekende voorzieningen houdt ze hier. Het is een opportunistische houding. Eigenlijk willen ze hier niet leven maar de uitstekende voorzieningen houden hen vast.
Nederland en West-Europa ervaren twee problemen. Het anti-integratiebeleid van de Turkse overheid en de opportunistische houding van de aanwezige Turkse bevolking. Beide zijn niet acceptabel. Beide zijn wel op te lossen. Dat vergt hard en consequent beleid. Het opzeggen van het associatieverdrag is een begin. Het niet meer accepteren van dubbele paspoorten is een volgende stap. Nederlanders kunnen geen tweede paspoort hebben, waarom anderen dan wel? Voor Turken die hun Turks paspoort willen behouden zou er maar één keuze mogen zijn. Ga terug!