Site pictogram Wat te DOEN

Waarom de Volkskrant columnist Wagendorp niet over kan doen aan de NRC

Sjoerd de Jong, ombudsman NRC

Kranten lezen raakt uit de mode, maar bieden opiniegewijs toch nog altijd meer inzicht over wat er zich in Nederland afspeelt dan de vluchtigere media. De Volkskrant van deze winterse morgen (11-12-2017) leek te bevestigen dat ze naar rechts, oftewel naar de gewone man, aan het opschuiven is. Vorige week mocht moslima Bercan Günel uitgebreid vertellen dat ze een hoofddoek drie keer niks vindt. Veel zegt dat nog niet over het beleid van de krant. Veelzeggend was dat er deze morgen twee ingezonden brieven op de opiniepagina waren te vinden waaruit luide bijval voor het standpunt van Günel viel te lezen.

Het valt mij al langer op dat de Volkskrant voetje voor voetje, ja, het gaat tergend langzaam, aansluiting zoekt bij wat de ‘gewone man/vrouw’ van Nederland vindt. De krant ontvangt veel meer ingezonden brieven dan ze kan afdrukken. Dat twee anti-hoofdoekbrieven de selectie haalden, lijkt me daarom betekenisvol in een tijd waarin politieke correctheid nog de boventoon voert.

Ook de NRC is zijn koers aan het verleggen. Het kan niet beter worden aangetoond dan met de laatste zinnen van de ombudsman in de laatste zaterdagkrant. Sjoerd de Jong is deze keer afgestapt van zijn hoog abstractieniveau en probeert antwoord te geven op de vraag of de krant te veel met antiracisme-activisten meewaait. Echt antwoord geeft de NRC-ombudsman nooit. Je moet het tussen de regels door lezen. Zo gispt hij NRC-next. De krant had bericht dat op verreweg de meeste scholen Piet nog ‘gewoon zwart’ was. Daarmee neemt de krant een standpunt in en dat kan niet. Trots vermeldt Sjoerd de Jong dat in de onlineversie ‘gewoon zwart’, vervangen was door ‘nog zwart’. Alsof dat geen stellingname is en dat blijkt het ook te zijn. De laatste zinnen van zijn column luiden: “Wat de toekomst van Piet betreft, heeft de krant zich al jaren geleden wél bekeerd, in het commentaar: “dat zwart kan er echt wel af. Gewoon”.

De NRC lijkt zijn lezers te zoeken onder de politiek correcte elite die een andere toekomst voor zich zien dan de ‘gewone man’. De keuze voor columnisten als Lamaya Aharouay en Clarice Gargard bewijst dat. Beiden mogen beurtelings Nederland de maat nemen en niet toevallig vallen hun minderheidsstandpunten als regel samen met wat de snobistische elite denkt. Aharouay mocht in de NRC een serie maken over de ‘gewone Nederlander’. Ik heb haar in een mail voorspeld dat ze die niet zou vinden omdat het een statistische verzameling is en dat ze de ‘gewone Nederlander’ ook niet zou vinden omdat ze die niet wilde vinden. Haar serie was bedoeld om het ongelijk van Sybrand Buma aan te tonen. De ‘gewone Nederlander’ van Buma bestaat niet volgens Aharouay. Dat verklaart wellicht de merkwaardige keuzes die ze maakte bij de zes interviews. Ze selecteerde ongewone mensen. Volkskrantcolumniste Sheila Sitalsing was één van de geïnterviewden. De serie van zes interviews maakt duidelijk dat Aharouay niet uit nieuwsgierigheid op zoek ging, maar iets wilde bewijzen. De NRC heeft er een project van gemaakt en besteedde er zes pagina’s aan in de weekendkrant. Redacteur Arjan van Veelen beschrijft daarin dat steeds meer politici (ze zeggen tegenwoordig hetzelfde als Hans Janmaat) de ‘gewone man’ laten samenvallen met de ‘boze man’, maar hem net zo goed in de steek laten. Frans Bauer wordt als held van de gewone man geïnterviewd door redacteur Danielle Pinedo en zegt behartenswaardige dingen. Een gewone man laat zich er niet op voorstaan dat hij beter of deugdzamer is dan de rest waarop hij neerkijkt, is ongeveer zijn boodschap. Aharouay mag Buma interviewen. Eigenlijk interviewt ze hem niet, maar laat ze hem op haar vooropgezette meningen reageren. Als Buma zegt dat het gaat om: “het hervinden van een identiteit en gemeenschap”, stelt ze dat de samenstelling van de groep die zich in die identiteit moet herkennen is veranderd. Ze eindigt in het ‘interview’ met de boodschap dat er tussen mensen altijd overeenkomsten zijn die een gevoel van samenhorigheid geven. Haar boodschap aan politici is duidelijk. Vergeet identiteit en gemeenschap, diversiteit is de nieuwe werkelijkheid. Het is een ‘Diederik Stapel-boodschap, want met het bewijs heeft ze geknoeid.

De NRC sluit tegenwoordig bijna naadloos aan bij D’66 en GroenLinks en ziet daar commercieel de aantrekkelijkste groep in. Op GeenStijl wordt de NRC wel meesmuilend de meubelfolder of NSB-krant genoemd, maar in wijn zijn ze ook groot. In de krant zelf wordt klare wijn geschonken: ‘we zijn voor het nieuwe Nederland zoals de elite en minderheidsgroepen dat zien.

De Volkskrant, die wat rechtser wil worden, zit natuurlijk met een zwaar linkse columnist als Bert Wagendorp. Die schrijft al sinds 1986 iedere keer dezelfde column. Ongeacht het onderwerp eindigt hij altijd met dezelfde conclusie: rechts is niet te vertrouwen. Toch denk ik dat de NRC niets voor een transfer voelt. Wagendorp is een geharnaste sociaal-democraat en dat gaat niet samen met de snobistische linkse NRC. Volkskrant columniste Sheila Sitsalsing, trouw GroenLinks, zal zich op de NRC-redactie wel thuis en een ‘gewone vrouw’ voelen. Snobistisch links is haar biotoop.

Mobiele versie afsluiten