Eigenlijk waren we het al eerder van plan. Zeg maar vanaf het moment dat Maxima verklaarde dat we geen identiteit hadden. Na de onachtzaamheid waarmee onze nee-stem bij het Oekraïne-referendum werd verkwanseld, zagen we definitief geen toekomst meer in onze verbintenis met het koninkrijk. Nadat het koninkrijk’s parlement ook nog een streep haalde door de wet voor een verbindend referendum, waren we er helemaal klaar mee.
Praktische bezwaren weerhielden ons aanvankelijk van het uitschrijven van bindend referendum. De burgerlijke ongehoorzaamheid van de Catalanen verdiende echter solidariteit en hoe konden we die beter vormgeven dan onszelf ook onafhankelijk te verklaren van dit benauwde koninkrijk.
Ons referendum was geïmproviseerd. De stembiljetten waren snel gedrukt en een vaas diende als stembus. Er was geen internationaal toezicht. Dat was een bewuste keuze. Je kunt jezelf wel onafhankelijk verklaren, maar dat wordt pas een feit als er internationale erkenning voor komt. Dat was al zo na het Plakkaat van Verlatinghe. Er was een langdurige oorlog voor nodig om de omringende naties hun geopolitieke overwegingen te laten herzien. Voor ons geen oorlog. De krimping van ons persoonlijk inkomen dwongen ons tot bezuinigingen waardoor een oorlog buiten de mogelijkheden van ons budget valt. We doen het met diplomatie.
Als onafhankelijke republiek gaan we ons inzetten voor de liberalisering van het burgerschap. We laten ons door niemand meer de wet voorschrijven. In plaats daarvan kan iedereen zijn eigen wetgeving samenstellen en zich daaraan ondergeschikt verklaren. Wij kiezen voor de inkomenswetgeving van Monaco, de benzineprijzen van Luxemburg, de sociale wetgeving van Zweden, het Brexit van Groot-Brittannië, de referenda van Zwitserland, het klimaatstandpunt van Trump, de keuken van Frankrijk het aantal vakantiedagen van Italië en de pensioenen van Griekenland. Per jaar bekijken we de samenstelling van ons pakket. Aan die identiteit kan Maxima nog een puntje zuigen.
We hebben er een goed gevoel over. Met ingang van heden zijn we verlost van de deelname aan verkiezingen in het land dat voor ons steeds vreemder voelt. We nemen afscheid van het betuttelende partijkartel waarvan we nooit het gevoel hadden dat we erbij hoorden. We doen niet meer aan Europa want we hebben er een hekel aan dat te kromme komkommers naar derde wereldlanden worden geëxporteerd.
We betalen geen belasting of premies meer. Voor zover we betalen, zien we dat als een vergoeding voor door het koninkrijk verleende diensten. Het is prettig om een onafhankelijke republiek te zijn. We bepalen nu zelf wie er binnen mogen komen en wie er mee mogen eten.
Natuurlijk gaat binnen onze eigen republiek nog niet alles van een leien dakje. De presidentskeuze is nog omstreden en over de verdeling van regeringstaken is nog veel overleg nodig. Maar één ding staat vast. We geven onze onafhankelijkheid nooit meer op. Het koninkrijk de Nederlanden heeft bij ons niet meer te vertellen dan wijzelf toestaan.