Umberto Eco (via een bericht in de Groene 20 juni):
‘Onze gemeenschappelijke cultuur is gebaseerd op een gemeenschappelijk historisch geheugen, dat niet zomaar een confetti van feiten is, maar juist de selectie van die feiten. Ik heb het uiteraard niet over een ideologische selectie, maar een objectieve: er bestaat zoiets als een historische waarheid.’
‘De feitjesridders die dag en nacht aan het scherm gekluisterd zitten zijn het meest gevaarlijk. Het is een vorm van krankzinnigheid die nog niet als zodanig is onderkend. Door het oerwoud van informatie je weg vinden is een vaardigheid waarvoor steeds minder mensen de culturele bagage hebben. Niet iedereen is als Eco, getraind in het interpreteren van tekens en informatie. Alleen als je een innerlijke encyclopedie hebt die meteen alarmsignalen afgeeft bij het koeterwaals dat je op internet aantreft, ben je zeewaardig. Anders zou ik zeggen: ga niet surfen.
Eco stelt ook nog dat ‘Er twee manieren zijn om censuur te plegen: één door informatie achterwege te houden, de andere door er te veel van te geven. En dat is de censuur waar we vandaag mee te maken hebben: niet door mensen het zwijgen op te leggen, want dat is onmogelijk in het internettijdperk, maar juist door zo veel mogelijk ruis te creëren.’
Dit lijkt me niet helemaal correct. Censuur is een min of meer bewuste actie van een overheid of redactie. Ik zou niet weten wie er al die extra ruis bewust de wereld in stuurt.