Oktober 2010 bood ik ter gelegenheid van mijn 60e verjaardag aan vrienden en familie een bundeling van enkele blogs en andere schrijfsels aan die ik vanaf september 2006 geschreven had. Die blogs verschenen oorspronkelijk op het VKBlog een gratis blogomgeving die ooit door de Volkskrant is opgezet en waar honderden bloggers gebruik van maakten. In 2011 helaas opgeheven, waarna velen een eigen blog begonnen.
Ik las die bundel weer eens. Het gemiddelde schrijven van toen blijkt lichter verteerbaar dan de zware kost die ik tegenwoordig schrijf, een enkele uitzondering daargelaten. Af en toe zal ik oude blogs en teksten die er nog niet eerder stonden opnieuw publiceren. Misschien met wat aanpassing en toelichting. Uit de inleiding bij de bundel het volgende.
Ik schreef al langer. Wie niet, zou ik bijna zeggen. Maar door de mogelijkheden van blog en forum heb ik mijn schroom overwonnen en is dat sinds eind 2006 ook publiek te zien, en in 2009 is er zelfs wel eens iets van mijn hand in druk verschenen, namelijk in “de Vrijdenker”. Ook daarvan zou ik zeggen: wie niet? Het ontstaan van fora en blogs heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan een explosie van meningen, en tevens aan een verdere versnippering van de meningsvorming.
Het startpunt van mijn voortschrijdend inzicht ligt bij de VPRO uitzending “Een schitterend ongeluk” in 1993, waar ik kennis maakte met de ideeën van Daniel Dennett. Het waren voor mij geen nieuwe inzichten, maar een vertaling in wetenschappelijke en fysiologische termen van wat ik al eerder wist, die onvermoede wegen opende.
Een belangrijk moment bij het overwinnen van mijn schroom om mij publiek te uiten was de moord op Theo van Gogh in november 2004. De aanslag op de Twin Towers 9/11 2001 en vooral de reacties daarop in sommige NL-moslimkringen. Die hadden mij al enigszins wakker geschud uit mijn politieke lethargie, maar toen begon ik echt kwaad te worden. Dat ik kwaad mocht en moest worden begreep ik pas goed nadat ik in 2007 “Woede en Tijd” had gelezen van Peter Sloterdijk. Mijn belangrijkste inzicht was: “er moet iets gedaan worden aan de toenemende invloed van religie en met name de islam”. Politiek bleef ik dakloos. In ieder geval ter linkerzijde bleek men kamerbreed minderheden te omarmen waarbij op een beetje meer of minder foute religieuze denkbeelden niet gekeken werd.
Op zoek naar plekken waar ik met gelijkgestemden aan deze inzichten verder kon werken en hun invloedssfeer uit zou kunnen breiden kwam ik uiteindelijk uit bij “De Vrije Gedachte” en het “Vrijdenken”. Daar had ik een jaar geleden nog nooit van gehoord en ik moet zeggen dat het tot op heden een term is die ik met enige moeite hanteer, omdat het begrip “vrij” tot zeer veel misvattingen leidt. Van oorsprong is het echter een vorm van wat ik “praktisch filosoferen” zou willen noemen die wel degelijk zinvol kan zijn en waarbinnen “mijn” inzichten redelijk tot hun recht zouden moeten komen. Helaas bleek ook deze vereniging al behoorlijk geïnfecteerd met het virus van het cultuurrelativisme.
Voor degenen die niet zo ingevoerd zijn in het debat behoeft deze term enige toelichting: Cultuurrelativisme wil zeggen dat men culturele waarden uit andere bron dan het rationeel wetenschappelijke denken, ook wel “de verlichting” genaamd, als visie op de werkelijkheid gelijkwaardig acht aan de moeizaam in het westen verworven inzichten.
Men relativeert eeuwen ontwikkeling in het westerse denken ten gunste van andere visies op de werkelijkheid. En dit vooral uit schuldgevoel over kolonialisme en veroveringsdrift en niet te vergeten twee wereldoorlogen. Een term die ook gebruikt wordt, maar niet helemaal de lading dekt is “politieke correctheid”. Het is een weg-met-ons mentaliteit die mij slecht bevalt. Het merendeel van de stukjes die in dit boekje gebundeld zijn handelen direct of indirect over dit thema.
Democratie en meningsvorming en -uiting is een ander onderwerp dat mij na aan het hart ligt en waar ik in de afgelopen jaren enige gedachten over ontwikkeld heb die me de moeite waard lijken. Ook daarover zijn een aantal stukjes opgenomen, zij het minder omdat het nogal een taai onderwerp is dat niet zo makkelijk weg leest.
Op de omslag treft u als schrijver de naam “Victor Onrust” aan. Dit is het pseudoniem waaronder ik deze en andere stukken op mijn blog of op andere plaatsen publiceer. Er is veel discussie over het al dan niet onder pseudoniem of “nickname” publiceren en vooral reageren. Het is een thema een goede discussie waard. Hier wil ik volstaan met te zeggen dat het mijn vrijheid van meningsuiting bevordert als ik er geen rekening mee hoef te houden dat iemand mij mijn mening kwalijk neemt en dat op een andere wijze dan iets terugzeggen zou willen uiten. Ik verzoek u mijn pseudoniem te respecteren en te zorgen dat deze naam strikt gescheiden blijft van mijn echte naam die u allen nu kent. In Bestaat Victor Onrust? wordt dit verder uitgelegd.
Het boekje is op verzoek nog verkrijgbaar.
Deze toelichting is gedateerd op 8 oktober 2010, gepubliceerd 19 januari 2023