Er zijn in dit tijdsgewricht vele mensen in vele disciplines die met hun talenten niet aan de bak komen. Zij kunnen niet met datgene hun brood verdienen waarvoor zij talent hebben ook al hebben ze behoorlijk geïnvesteerd in het verder ontwikkelen en gebruiken van dat talent.
Is dit nieuw ? Robert Musil had ook het nodige te klagen en kon niet van zijn werk leven:
Gepaard met de armoede gaat de onzekerheid over hoe hij het hoofd boven water moet houden. In zijn dagboeken verschijnen regelmatig aantekeningen dat hij en Martha nog slechts voor enkele dagen genoeg geld hebben om van te leven. In een dagboekfragment uit 1930 noteert hij naar aanleiding van deze precaire financiële situatie: Ich bin (geistig und moralisch) erschöpft.
Nu was deze armoede niet nieuw voor Musil en zijn vrouw. Al sinds hij besloot om zich geheel toe te leggen op het schrijverschap, ten koste van een carrière aan de universiteit, verkeerde hij in armoede. In Berlijn en Wenen werden er Musil-genootschappen opgericht om zijn werk onder de aandacht te brengen en hem van de noodzakelijke middelen te voorzien om zijn grote werk Der Mann ohne Eigenschaften te voltooien. In zijn laatste levensjaren te Geneve was het pater Robert Lejeune die hem door middel van wat Musil zelf als bedelbrieven aan goedgezinde intellectuelen omschreef, financieel wist te steunen.
In 1930 is Musil de wanhoop nabij: hij wordt 50 jaar oud, en het is het jaar waarin de eerste delen van Der Mann ohne Eigenschaften verschijnen. Wat hem het meest dwars zit is de discrepantie tussen zijn immense inspanningen en het gebrek aan belangstelling van het publiek. Hij begint zich af te vragen of er wel plaats is voor hem in de Duitse literatuur.
…..
Het grootste verwijt dat andere auteurs treft is oppervlakkigheid. Ze zijn niet in staat, of bereid, reflexief te denken, dat ze intellectueel niet opgewassen zijn tegen hun tijd of omstandigheden, en dat juist dit hun succes verzekert. Dit succes op zijn beurt is weer verantwoordelijk voor het gebrek aan diepgang dat hij zijn tijdgenoten verwijt. (bron (taalkundig hier en daar aangepast): https://www.xs4all.nl/~jikje/Musil/bio.html)
Met stijgende ergernis heb ik afgelopen zaterdag het klaagschrift in de Volkskrant van onze grote schrijver Jeroen Brouwers gelezen. Over erkenning mag hij niet klagen. Hij is een alom geprezen en beprezen auteur. Het is misschien vreemd dat hij niet zo goed verkoopt. Zou dat er mee te maken hebben dat de door hem gesmade critici en juryleden hem toch nog te hoog op het schild hebben geheven? Of zal hij zich simpelweg bij het feit moeten neerleggen dat hij kennelijk een schrijversschrijver is. En dan nog: Het zal toch niet zo vreselijk zijn om niet de hele dag aan je roman te kunnen schrijven en ook op andere wijze met de pen je brood te verdienen. Menig meesterwerk is op die manier tot stand gekomen.
Op sommige punten heeft hij gelijk. Maar de manier waarop dat geuit wordt is een groot schrijver onwaardig. Zijn woedeuitspatting in de krant van zaterdag bevat veel herhaling, geen mooie zinnen, geen humor, en een overmaat aan ad hominems. Vooral is het veel en veel te lang en zonder ook maar het begin van een idee over hoe het dan wel zou moeten, behalve dat iedereen waarvan hij roept dat het een echte schrijver is voortaan door de staat vrijgehouden moet worden.
Hoeveel kan een mens lezen? Zou er ook nog een buitenland zijn? En een verleden waarvan kennis moet worden genomen? Voor het Nederlandse taalgebied lijkt mij 3 romans per jaar meer dan genoeg. Daar mogen maximaal 9 schrijvers zich mee bezig houden. Ik vrees dat JB daar wat mij betreft niet bij hoort. Boeken zijn belachelijk duur en de vaste boekenprijs brengt ons weinig goeds. Afschaffing er van zal aan zijn probleem niets veranderen. En misschien is Ronald Plasterk inderdaad een ijdele man die niet al te veel verstand heeft van cultuur. Zal een ander op die plek er veel toe doen?
Nog ernstiger dan de geestelijke toestand van Jeroen Brouwers moet die van de redactie van de Volkskrant zijn. Dat zij zo’n groot schrijver niet tegen zichzelf beschermd hebben en hem enige behandelingen van Sigmund hebben aangeboden in plaats van zijn braaksel over twee pagina’s uit te smeren. Wat bezielde de redactie om Jeroen Brouwers de mogelijkheid te geven om op een dergelijke manier leeg te lopen? Was het therapeutisch bedoeld? Of hadden ze toevallig twee pagina’s over ? En zou hij daar nu ook nog voor betaald worden?